Het lijkt erop dat de aoc’s verdwijnen, de naam althans. Aoc’s waren agrarische opleidingscentra, en ze ontstonden in de jaren 90. Vergelijkbaar met roc’s, behalve dan dat aoc’s zich op één sector richtten. De overgebleven aoc’s gaan nu waarschijnlijk beroepscolleges heten.
Ik ben er veel geweest en heb er vaak over geschreven, als redacteur van het vakblad groen onderwijs. Toen ik daar begon, bestonden ze net, die aoc’s, en er waren er nog 21. Nu zijn ze haast op één hand te tellen.

Ach, namen. Eerder had je rijkslandbouw- en tuinbouwscholen. Met de aoc-vorming kwamen de scholen met fantasierijke namen (of namen die minder fantasierijk waren) zoals Elema, ’t Vanck en Agron. Er waren veel namen die naar de regio of hoofdvestiging verwezen zoals AOC Twente, AOC Alkmaar, AOC Zuid-Holland Oost of AOC Veluwe. Je had verder nog landbouwscholen die buiten de aoc-vorming bleven, misschien vanwege identiteit of om andere redenen waardoor ze er niet uitkwamen met de concentratie van scholen in die tijd. Maar de nieuwe namen doken overal in Nederland op.
Prozaïscher
Ik realiseer me dat we voor het vakblad eigenlijk nooit al die namen hebben toegelicht. De namen van toen en van later. Waarom Clusius, Wellant, Helicon, Larenstein of Zone College?
In de beginfase was de naamgeving vaak prozaïscher, zou je kunnen zeggen. De naam ’t Vanck combineerde de beginletters van de verschillende vestigingen: Tiel, Velp, Apeldoorn, Nijmegen, Cuijk en Kesteren. Elema College (in Emmen, Assen en Eelde) heette zo vanwege Jakob Elema (1872-1950). Hij was rijkslandbouwleraar in Drenthe en werd hoogleraar grondverbetering in Wageningen.
Aeres bestaat nog als los geheel, sectoraal. Net als Zone en Yuverta. Maar Clusius zit nu in Vonk en Prinsentuin in Curio. Ik ben het soms echt een beetje kwijt.
Laten we beginnen met deze namen. Aeres, de naam van een nog steeds doorgroeiende onderwijsconglomeraat – tot en met het Friese Nordwin is erin opgenomen – is afgeleid van het woord ‘Aer’. Dit staat in het Grieks en Latijn voor lucht, licht en ruimte. Daarmee staat deze naam symbool voor de verschillende instellingen binnen Aeres en de verbinding tussen kennis op verschillende niveaus.
Zone College ontstond in 2018 uit AOC Oost en Groene Welle. Zone is een woord met vele betekenissen. Terrein, bodem, regio, landschap. In de woorden van de onderwijsinstelling staat Zone voor ‘een plek waar je groeit, waar je over je grenzen heen stapt en waar je je thuis voelt’.
Yuverta, nog niet zo lang geleden (2021) ontstaan uit Citaverde College, het Wellantcollege en Helicon Opleidingen, is een abstracte naam. Met, aldus de scholenorganisatie, associaties naar jij (yu), toekomst (verte) en groen (verde). Dat ‘verde’ zat ook al in het Italiaans klinkende Citaverde. Citta betekent dan stad. Ik weet het niet zeker, maar die naam ontstond in een tijd dat het aoc-onderwijs langzaam steeds minder agrarisch en meer groen werd.
Linnaeus
Reden ook waarom de term aoc een beetje moeilijk was. Het onderwijs was er immers niet meer zo ‘agrarisch’. Het vakblad veranderde van naam en Wageningen University heeft geleidelijk aan elke verwijzing naar de sector geschrapt. Overal werd er steeds meer over ‘groen’ gesproken. Dat ging niet van de ene dag op de andere. Het lag ook best ingewikkeld, groen. Je wilt de landbouwers niet van je vervreemden, vonden scholen. Maar motivatie was dat dit onderwijs behalve over plant en dier toch steeds meer ging over voeding, bloemschikken, leefomgeving en zelfs urban design.
Nog een paar namen dan. Carolus Clusius, naamgever van een fusie van scholen in Noord-Holland, was een botanist die in 1526 geboren werd in Vlaanderen. Hij speelde volgens Wikipedia een grote rol bij de verspreiding van de aardappel en de tulp in Europa.
Helicon is een mooie naam, maar heeft geen directe relatie met landbouw of groen. Het is een berg in Griekenland die volgens de Griekse mythologie de woonplaats was van de muzen, de godinnen van kunst en wetenschap. De naam werd dan waarschijnlijk gekozen om de verbinding tussen natuur en onderwijs uit te drukken.
Bij Wellant denk ik aan het appelras. Terra verwijst naar aarde of land. En Lentiz zoals de HollandAccent Onderwijsgroep zich in 2008 herdoopte, is afgeleid van lente. Gedacht werd aan de lente als groeiseizoen en de onmiskenbare rol die onderwijs heeft in de groei en ontwikkeling van jonge mensen en hun talenten.
Naamkeuze zegt iets over de kiezers. Als er een vroegere ‘held’ werd genoemd, moest dat toch iemand zijn die onomstreden was. En geen conflict zou oproepen. Witte mannen. Zo zijn er in Nederland geen groene scholen die naar Darwin zijn genoemd, ongetwijfeld de belangrijkste bioloog ter wereld. We kenden wel een Linnaeusschool. In Amsterdam, totdat deze in 2020 vanwege teruglopende leerlingaantallen de deuren moest sluiten.
Linnaeus (1707-1778) is dan een naamgever in dubbele zin. Hij is de persoon die op internet zeker de meeste vermeldingen heeft, want de Zweedse botanist kwam immers met zijn tweedelige benamingssysteem voor flora en fauna. Overal vind je de L. die naar zijn naam verwijst of zijn naam voluit.
Vergeten?
Verder is er Hogeschool Van Hall Larenstein, ontstaan rond 2004 uit het Van Hall Instituut en Hogeschool Larenstein. Van Hall (1801-1874) was botanicus en hoogleraar in Groningen. Hij benadrukte het belang van goed onderwijs en voorlichting aan boeren. En Larenstein is de naam van een landgoed in Velp. Beide namen, zowel Van Hall als Larenstein, werden aangenomen na fusies die je zou kunnen vergelijken met de aoc-vorming voor lager en middelbaar agrarisch onderwijs.
Naast de aoc’s en agrarische hogescholen waren er organisaties rondom de scholen. Denk aan Stoas of Aequor. Stoas (opgericht in 1981) stond voor Stichting tot Ontwikkeling van Agrarisch onderwijskunde en Scholing. Er gebeurde veel, maar uiteindelijk ging het toch vooral om de lerarenopleiding, nu geconcentreerd in Wageningen en onderdeel van Aeres.
Aequor was in 2001 de nieuwe naam voor de organisatie die een brugfunctie tussen onderwijs en bedrijfsleven vervulde. Ontstaan in 1994 uit landelijk organen die tot dan toe ook verantwoordelijk waren voor het leerlingwezen. Daar heb ik gewerkt, en vandaaruit werd ik gedetacheerd naar het vakblad groen onderwijs. Aequor, een fantasienaam, is sinds 2015 opgenomen in SBB, de samenwerkingsorganisatie beroepsonderwijs bedrijfsleven.
(Correctie, Aequor is niet helemaal fantasie, reageerde een oud-collega. Het is Latijn voor zeespiegel. Zoals water en lucht elkaar er raken, raakten bedrijfsleven en onderwijs elkaar bij de organisatie. We noemden ons personeelsblad niet voor niets Periscoop. Daarin konden we dan een blik boven de waterspiegel werpen.)
Dan hebben we alle namen nog lang niet gehad. Denk aan Groene Delta, Scalda, Prinsentuin, Curio, Nordwin, Landstede, Edudelta, De Groene Welle, Groenhorst, Warmonderhof en Florens College. Reageer als u vindt dat er nog een naam is die genoemd moet worden en verklaard. Welke ben ik vergeten? Of wat van wat ik hier heb verteld, klopt niet?
Nieuwe naambordjes
Groen onderwijs dus, maar wat mij betreft mag het echt nog veel groener. Want het gaat met biodiversiteit, bodemgezondheid en waterkwaliteit niet goed. Meer aandacht voor duurzame landbouw en weg van de intensieve veehouderij en van kunstmest en krachtvoer. Dat zou goed zijn.
Waarom? Dat vergt misschien uitleg (of misschien ook niet). Maar wil je iets over de argumenten weten, lees dan bijvoorbeeld Uit de shit van Thomas Oudman, gezamenlijk op school of luister naar een ‘goed gesprek’ van Lex Bohlmeijer met Roos Staat, aankomend boerin. Dan realiseer je je dat we al honderd jaar achteruit boeren, steeds intensiever en grootschaliger. Met hulp van bijvoorbeeld de Rabobank die investeringen van biologische boeren tegenhield, want het zou niet genoeg opbrengen. En van het onderwijs, want ja, “we moeten toch ook de ‘gangbare landbouwers’ opleiden.” Voor zoals nu wel blijkt, een doodlopende weg.
Transitie, bodemkwaliteit, plantaardige eiwitten en klimaatadaptatie zijn onderwerpen die thuishoren in dit onderwijs. Hoe zal het dan gaan met dit groene onderwijs? Verwachting is dat het aantal mbo’ers sowieso daalt, maar bij aoc’s nog iets harder. Ondanks de groene insteek en het overduidelijke belang van vergroening in landbouw en leefomgeving.
Ik heb nog wel enkele naambordjes voor groen onderwijs. Voor nieuwe scholen die onder deze naam een nieuwe generatie zou willen aanspreken. Kate Raworth (bedenker van doughnut economics), Maria Sibylla Merian (die volgens Onbehaarde apen misschien wel de eerste ecoloog ooit was), Frans de Waal (die mensen heeft geleerd anders naar dieren te kijken), Greta Thunberg (die vele jongeren inspireerde tot inzet voor een duurzame toekomst) of Jane Goodall (icoon voor hoe samen te leven met dieren en zorg te dragen voor de natuur).
Of misschien kun je gewoon een paar gangen, lokalen en ruimtes in je school hernoemen naar deze helden.
