Categorie archieven: geschiedenis

Groen onderwijs mag veel groener

Leestijd: 6 minuten

Het lijkt erop dat de aoc’s verdwijnen, de naam althans. Aoc’s waren agrarische opleidingscentra, en ze ontstonden in de jaren 90. Vergelijkbaar met roc’s, behalve dan dat aoc’s zich op één sector richtten. De overgebleven aoc’s gaan nu waarschijnlijk beroepscolleges heten.

Ik ben er veel geweest en heb er vaak over geschreven, als redacteur van het vakblad groen onderwijs. Toen ik daar begon, bestonden ze net, die aoc’s, en er waren er nog 21. Nu zijn ze haast op één hand te tellen.

Ach, namen. Eerder had je rijkslandbouw- en tuinbouwscholen. Met de aoc-vorming kwamen de scholen met fantasierijke namen (of namen die minder fantasierijk waren) zoals Elema, ’t Vanck en Agron. Er waren veel namen die naar de regio of hoofdvestiging verwezen zoals AOC Twente, AOC Alkmaar, AOC Zuid-Holland Oost of AOC Veluwe. Je had verder nog landbouwscholen die buiten de aoc-vorming bleven, misschien vanwege identiteit of om andere redenen waardoor ze er niet uitkwamen met de concentratie van scholen in die tijd. Maar de nieuwe namen doken overal in Nederland op.

Prozaïscher

Ik realiseer me dat we voor het vakblad eigenlijk nooit al die namen hebben toegelicht. De namen van toen en van later. Waarom Clusius, Wellant, Helicon, Larenstein of Zone College?

In de beginfase was de naamgeving vaak prozaïscher, zou je kunnen zeggen. De naam ’t Vanck combineerde de beginletters van de verschillende vestigingen: Tiel, Velp, Apeldoorn, Nijmegen, Cuijk en Kesteren. Elema College (in Emmen, Assen en Eelde) heette zo vanwege Jakob Elema (1872-1950). Hij was rijkslandbouwleraar in Drenthe en werd hoogleraar grondverbetering in Wageningen.

Aeres bestaat nog als los geheel, sectoraal. Net als Zone en Yuverta. Maar Clusius zit nu in Vonk en Prinsentuin in Curio. Ik ben het soms echt een beetje kwijt.

Laten we beginnen met deze namen. Aeres, de naam van een nog steeds doorgroeiende onderwijsconglomeraat – tot en met het Friese Nordwin is erin opgenomen – is afgeleid van het woord ‘Aer’. Dit staat in het Grieks en Latijn voor lucht, licht en ruimte. Daarmee staat deze naam symbool voor de verschillende instellingen binnen Aeres en de verbinding tussen kennis op verschillende niveaus.

Zone College ontstond in 2018 uit AOC Oost en Groene Welle. Zone is een woord met vele betekenissen. Terrein, bodem, regio, landschap. In de woorden van de onderwijsinstelling staat Zone voor ‘een plek waar je groeit, waar je over je grenzen heen stapt en waar je je thuis voelt’.

Yuverta, nog niet zo lang geleden (2021) ontstaan uit Citaverde College, het Wellantcollege en Helicon Opleidingen, is een abstracte naam. Met, aldus de scholenorganisatie, associaties naar jij (yu), toekomst (verte) en groen (verde). Dat ‘verde’ zat ook al in het Italiaans klinkende Citaverde. Citta betekent dan stad. Ik weet het niet zeker, maar die naam ontstond in een tijd dat het aoc-onderwijs langzaam steeds minder agrarisch en meer groen werd.

Linnaeus

Reden ook waarom de term aoc een beetje moeilijk was. Het onderwijs was er immers niet meer zo ‘agrarisch’. Het vakblad veranderde van naam en Wageningen University heeft geleidelijk aan elke verwijzing naar de sector geschrapt. Overal werd er steeds meer over ‘groen’ gesproken. Dat ging niet van de ene dag op de andere. Het lag ook best ingewikkeld, groen. Je wilt de landbouwers niet van je vervreemden, vonden scholen. Maar motivatie was dat dit onderwijs behalve over plant en dier toch steeds meer ging over voeding, bloemschikken, leefomgeving en zelfs urban design

Nog een paar namen dan. Carolus Clusius, naamgever van een fusie van scholen in Noord-Holland, was een botanist die in 1526 geboren werd in Vlaanderen. Hij speelde volgens Wikipedia een grote rol bij de verspreiding van de aardappel en de tulp in Europa.

Helicon is een mooie naam, maar heeft geen directe relatie met landbouw of groen. Het is een berg in Griekenland die volgens de Griekse mythologie de woonplaats was van de muzen, de godinnen van kunst en wetenschap. De naam werd dan waarschijnlijk gekozen om de verbinding tussen natuur en onderwijs uit te drukken.

Bij Wellant denk ik aan het appelras. Terra verwijst naar aarde of land. En Lentiz zoals de HollandAccent Onderwijsgroep zich in 2008 herdoopte, is afgeleid van lente. Gedacht werd aan de lente als groeiseizoen en de onmiskenbare rol die onderwijs heeft in de groei en ontwikkeling van jonge mensen en hun talenten.

Naamkeuze zegt iets over de kiezers. Als er een vroegere ‘held’ werd genoemd, moest dat toch iemand zijn die onomstreden was. En geen conflict zou oproepen. Witte mannen. Zo zijn er in Nederland geen groene scholen die naar Darwin zijn genoemd, ongetwijfeld de belangrijkste bioloog ter wereld. We kenden wel een Linnaeusschool. In Amsterdam, totdat deze in 2020 vanwege teruglopende leerlingaantallen de deuren moest sluiten.

Linnaeus (1707-1778) is dan een naamgever in dubbele zin. Hij is de persoon die op internet zeker de meeste vermeldingen heeft, want de Zweedse botanist kwam immers met zijn tweedelige benamingssysteem voor flora en fauna. Overal vind je de L. die naar zijn naam verwijst of zijn naam voluit.

Vergeten?

Verder is er Hogeschool Van Hall Larenstein, ontstaan rond 2004 uit het Van Hall Instituut en Hogeschool Larenstein. Van Hall (1801-1874) was botanicus en hoogleraar in Groningen. Hij benadrukte het belang van goed onderwijs en voorlichting aan boeren. En Larenstein is de naam van een landgoed in Velp. Beide namen, zowel Van Hall als Larenstein, werden aangenomen na fusies die je zou kunnen vergelijken met de aoc-vorming voor lager en middelbaar agrarisch onderwijs.

Naast de aoc’s en agrarische hogescholen waren er organisaties rondom de scholen. Denk aan Stoas of Aequor. Stoas (opgericht in 1981) stond voor Stichting tot Ontwikkeling van Agrarisch onderwijskunde en Scholing. Er gebeurde veel, maar uiteindelijk ging het toch vooral om de lerarenopleiding, nu geconcentreerd in Wageningen en onderdeel van Aeres.

Aequor was in 2001 de nieuwe naam voor de organisatie die een brugfunctie tussen onderwijs en bedrijfsleven vervulde. Ontstaan in 1994 uit landelijk organen die tot dan toe ook verantwoordelijk waren voor het leerlingwezen. Daar heb ik gewerkt, en vandaaruit werd ik gedetacheerd naar het vakblad groen onderwijs. Aequor, een fantasienaam, is sinds 2015 opgenomen in SBB, de samenwerkingsorganisatie beroepsonderwijs bedrijfsleven.

(Correctie, Aequor is niet helemaal fantasie, reageerde een oud-collega. Het is Latijn voor zeespiegel. Zoals water en lucht elkaar er raken, raakten bedrijfsleven en onderwijs elkaar bij de organisatie. We noemden ons personeelsblad niet voor niets Periscoop. Daarin konden we dan een blik boven de waterspiegel werpen.)

Dan hebben we alle namen nog lang niet gehad. Denk aan Groene Delta, Scalda, Prinsentuin, Curio, Nordwin, Landstede, Edudelta, De Groene Welle, Groenhorst, Warmonderhof en Florens College. Reageer als u vindt dat er nog een naam is die genoemd moet worden en verklaard. Welke ben ik vergeten? Of wat van wat ik hier heb verteld, klopt niet?

Nieuwe naambordjes

Groen onderwijs dus, maar wat mij betreft mag het echt nog veel groener. Want het gaat met biodiversiteit, bodemgezondheid en waterkwaliteit niet goed. Meer aandacht voor duurzame landbouw en weg van de intensieve veehouderij en van kunstmest en krachtvoer. Dat zou goed zijn.

Waarom? Dat vergt misschien uitleg (of misschien ook niet). Maar wil je iets over de argumenten weten, lees dan bijvoorbeeld Uit de shit van Thomas Oudman, gezamenlijk op school of luister naar een ‘goed gesprek’ van Lex Bohlmeijer met Roos Staat, aankomend boerin. Dan realiseer je je dat we al honderd jaar achteruit boeren, steeds intensiever en grootschaliger. Met hulp van bijvoorbeeld de Rabobank die investeringen van biologische boeren tegenhield, want het zou niet genoeg opbrengen. En van het onderwijs, want ja, “we moeten toch ook de ‘gangbare landbouwers’ opleiden.” Voor zoals nu wel blijkt, een doodlopende weg.

Transitie, bodemkwaliteit, plantaardige eiwitten en klimaatadaptatie zijn onderwerpen die thuishoren in dit onderwijs. Hoe zal het dan gaan met dit groene onderwijs? Verwachting is dat het aantal mbo’ers sowieso daalt, maar bij aoc’s nog iets harder. Ondanks de groene insteek en het overduidelijke belang van vergroening in landbouw en leefomgeving.

Ik heb nog wel enkele naambordjes voor groen onderwijs. Voor nieuwe scholen die onder deze naam een nieuwe generatie zou willen aanspreken. Kate Raworth (bedenker van doughnut economics), Maria Sibylla Merian (die volgens Onbehaarde apen misschien wel de eerste ecoloog ooit was), Frans de Waal (die mensen heeft geleerd anders naar dieren te kijken), Greta Thunberg (die vele jongeren inspireerde tot inzet voor een duurzame toekomst) of Jane Goodall (icoon voor hoe samen te leven met dieren en zorg te dragen voor de natuur).

Of misschien kun je gewoon een paar gangen, lokalen en ruimtes in je school hernoemen naar deze helden.

Wonder women

Leestijd: 5 minuten

In Stephen Fry’s boek over Troje ben ik aangekomen bij het moment dat de Amazonen zich in de strijd om de stad werpen. Ze intrigeren me, die Amazonen. Misschien wel omdat je ze als vroege genderbenders kunt zien. Vrouwen die zich in de oorlog tussen de mannen voegden.

Dat is vaker gebeurd. Lees bijvoorbeeld het prachtige boek van Svetlana Aleksijevitsj, de Wit-Russische schrijfster die in 2015 de Nobelprijs voor literatuur kreeg. Ze schreef De oorlog heeft geen vrouwengezicht. Voor dit boek sprak ze vrouwen die tijdens de Tweede Wereldoorlog in het Rode Leger vochten. Vorig jaar zag ik Beanpole, gemaakt over dat boek. Wat een boek, en wat een film!

Aleksijevitsj liet zich horen in de protesten tegen president Loekasjenko, die bij verkiezingen in 2020 de oppositie bij voorbaat uitsloot. “Vertrek voor het te laat is”, zei ze tegen Loekasjenko, “voordat u mensen in een vreselijke afgrond stort.” In Wit-Rusland lieten heel veel vrouwen zich horen in de protesten.

In een podcast (The Exploress) hoorde ik over de vrouwen die zich als man verkleedden om in 1862 in de Amerikaanse burgeroorlog mee te vechten. Van ongeveer vierhonderd vrouwen is bekend dat ze zich heimelijk onder de soldaten begaven. Lang geleden. Maar slechts een paar jaar terug nog streden in koerdisch Syrië vrouwen mee tegen het regime van Assad.

Trojaanse oorlog

Ik denk niet dat de vrouwen in de Amerikaanse burgeroorlog naar de Amazonen in de Trojaanse oorlog hebben gekeken. Die Amazonen waren ruiters die misschien door hun uitrusting niet direct herkenbaar waren als vrouwen, maar zich niet verstopten. Hun deelname aan de strijd was niet zo omstreden zoals die van de vrouwen in de Amerikaanse burgeroorlog. Genderrollen lagen in de 19e eeuw daar blijkbaar veel vaster.

Oké, Troje. De strijd rond Troje zou zich rond 1200 voor Christus hebben afgespeeld. Tien jaar lang. Homerus schreef erover in de Ilias. De Grieken belegerden de stad aan de uiterste westkust van wat nu Turkije is.

Aanleiding was de ontvoering van Helena door Paris. Paris was de zoon van de Trojaanse koning, Priamos. Verliefd op Helena, vrouw van Menelaos, de koning van Sparta. Die Menelaos kon dat niet laten passeren en vroeg bijvoorbeeld Achilles, Odysseus, Agamemnon en Nestor mee. Allemaal koningen. Met duizenden schepen en tienduizenden manschappen trokken ze op naar Troje. Maar Priamos had daar voorbereidingen getroffen, de stad versterkt en hulp geregeld.

Penthesileia

Jarenlang was er een impasse, totdat uiteindelijk in het negende jaar van de belegering de strijd losbarstte. Er vloeide veel bloed, maar Fry vertelt het verhaal op een manier dat je het toch niet helemaal rood voor ogen wordt. Er was ook liefde, lust, verraad, list, moed en achterbaksheid. De goden bemoeiden er zich soms mee, Apollo bijvoorbeeld, de god van de boogschutters, en Pallas Athene. Die goden konden bijvoorbeeld een speer sturen in de gewenste richting of een dichte mist oproepen als twee vijanden elkaar achterna zaten rondom de muren van de stad.

De Amazonen waren twaalf prinsessen onder aanvoering van Penthesileia. In een voetnoot schrijft Fry dat veel mensen denken dat de naam van prinses Leia uit Star Wars is afgeleid van die naam. Penthesileia was de dochter van de goddelijke Ares en de jongere zus van Hippolyte, de grote Amazonekoningin. Ja, veel namen, maar wel mooie namen.

De twaalf strijdsters kwamen uit het oosten. Ergens van de kusten van de Zwarte Zee waarschijnlijk, niemand weet het zeker. Maar ze waren ongetwijfeld woest en dapper. Ze gaven de Trojanen moed, zeker ook de vrouwen die tot dan toe alleen maar hadden toegekeken vanachter de hoge muren. Ze wilden wel meevechten met die dappere vrouwen op paarden, maar de priesteres Theano waarschuwde hen dat ze niet zo geoefend waren als de Amazonen. Dat zou alleen maar tranen opleveren.

De dood van Penthesileia, Johann Heinrich Wilhelm Tischbein (1751-1829)

Alvorens te sneuvelen, doodden Penthesileia en haar mede-Amazonen vele strijders aan Griekse zijde. Podarkes bijvoorbeeld, de broer van de koning van Phylake. Maar uiteindelijk overleven ze het niet. Verdrietig!

Amazones en Amazonen

Na de strijd rond Troje zijn de Amazonen niet verdwenen. Ze duiken steeds weer op. Je komt ze tegen op Griekse kunstwerken. Ze geven hun naam aan de Amazonerivier in Brazilië. En op Wikipedia lees ik dat tot de 18e eeuw er rond de Zwarte Zee nog vrouwen leefden die zich kleedden in mannenkleren, paard reden en naast mannen in de oorlog vochten.     

Nee, hoorde ik laatst een onderzoeker stellig beweren. Die naam (het Griekse a-mazos betekent ‘zonder borst’) is vast niet omdat ze een borst lieten verwijderen om beter te kunnen boogschieten. Je kunt wel andere naamafleidingen verzinnen. Dit is een van de vele verzinsels rondom de Amazonen, zei ze.

Ze zouden de eersten in de geschiedenis zijn geweest die paarden temden en bereden. Bedenk dat we paardrijdsters vaak amazones noemen, net iets anders dan Amazonen. Die mythische vrouwen zaten dan vast niet in zo’n schrijlingse amazonezit. Die zit paste bij de jurkenmode uit de 19e eeuw.

Wonder Woman

Fry schrijft het niet, tenminste niet in dit boek, maar de Grieken waren doodsbang voor de geesten van de verslagen Amazonen. Ze vochten ook na Troje geregeld met hen, maar ze bouwden nadat ze hen verslagen hadden heiligdommen en brachten offers. Wel aardig om te lezen dat de Amazonen dus ook na hun dood nog gevreesd werden.

Voor Achilles, de ‘held’ die Penthesileia doodde, krijg ik intussen met elke bladzijde van Fry dubbeler gevoelens. Hij is dapper en wreed, hij is mooi en wispelturig. En ja, Achilles (Achilleus bij Fry) is de man van de achillespees, zijn enige zwakke plek nadat hij in de Styx is gedoopt. Bij het begin van het Troje-verhaal, als Menelaos medestrijders zoekt, is hij onvindbaar. Verkleed als meisje zit hij tussen de dochters van Lycomedes. Zijn moeder, Thetis, wilde niet dat hij meedeed aan de Trojaanse Oorlog, want volgens het orakel zou hij er sterven. Dat gebeurt uiteindelijk toch – het orakel krijgt altijd gelijk – omdat Paris hem met een vergiftigde pijl in zijn hiel treft.

Filmposter Wonder Woman (2017)

De Amazonen nog even. In de Griekse mythen zijn er verschillende vrouweneilanden waar Amazonen zonder mannen leefden. Alleen als ze kinderen wilden, zochten ze contact met naburige mannenkolonies. Dat verhaal heeft ook weer vele verhalen geïnspireerd, zoals Wonder Woman. Die Wonder Woman is een Amazoneprinses, dochter van Hippolyte. Maar in de film uit 2017 wordt ze door de bedenker van deze superheld naar de Tweede Wereldoorlog gehaald. En bij het begin van de film spoelt er een man aan op het eiland waar deze prinses training krijgt in paardrijden, boogschieten en nog veel meer.

Zoveel mooie en inspirerende verhalen, maar de vraag blijft of ze echt bestaan hebben, de Amazonen. Een Amerikaanse archeologe deed onderzoek en vond in 1994 een grafheuvel, ergens dichtbij Kazachstan, waar zo’n 2.500 jaar geleden een krijgsvrouw werd begraven. Een Amazone?

Degenderen van mode bij ‘State of Fashion’

Leestijd: 5 minuten

De strijd tegen gendernormen in de fashionindustrie is niet nieuw, zegt Alok tijdens een Zoom-meeting van State of Fashion, dinsdag 23 maart. En, vervolgt hen, degendering fashion (afbreken van de binaire categorieën van kleding) gaat niet alleen over trans en non-binaire mensen.

“We zijn in de mythe gaan geloven dat we steeds moeten beantwoorden aan gendernormen”, zegt Alok. Kleding is daar bij uitstek een uiting van. Het zal bevrijdend zijn als we die gendernormen in kleding achter ons kunnen laten, denkt hen. “Degendering fashion doen we niet omdat het politiek correct zou zijn, maar omdat het juist is.”

Voordat ik verder schrijf over het waarom en hoe van degendering fashion, eerst een introductie. Wie is Alok en wat is State of Fashion? Alok (hen/hun) is schrijver, performer en publiek spreker. Hen lanceerde in 2019 #DeGenderFashion: een beweging die genderindeling in de mode- en beauty-industrie wil loslaten. Alok Vaid-Menon schreef twee boeken: Femme in Public (2017) en Beyond the Gender Binary (2020).

State of Fashion

Alok was hoofdgast van een Zoom-meeting van State of Fashion op 23 maart, met als thema ‘loslaten’: over loslaten van gender in kleding. “Een rouwproces”, volgens hen, maar dit loslaten is ook ‘actief verzet tegen geweld’. Veel mensen kiezen met kleding immers eerder voor veiligheid en (gedwongen) opgaan in de groep dan voor authenticiteit. Loslaten is dan ook een manier om “historisch onrecht recht te zetten en hedendaagse rechtlijnigheid, waarbij conventie boven compassie wordt gesteld, af te schaffen.” De wereld wordt er beter van.

State of Fashion is een voortzetting van de Arnhem Mode Biënnale die tot 2013 vijf edities kende. Het ging in die biënnale-events niet zozeer over de economische kant van mode, maar vooral over de culturele, sociale en maatschappelijke invloeden. State of Fashion is nu een platform dat fashionpioniers uit binnen- en buitenland met elkaar verbindt en het bewustzijn vergroot over de ‘huidige uitdagingen in het modesysteem’. Zoals kleding die duurzamer is, rechtvaardiger, inclusiever voor alle lichamen die buiten de standaard vallen, en ook gedekoloniseerd.

Dat verbinden en bewustmaken gebeurt bijvoorbeeld in de ‘interventies’ die sinds oktober 2020 werden georganiseerd. Hier terug te kijken. De vierde, van 23 maart, was de laatste. De volgende activiteit van State of Fashion is de organisatie van een biënnale in 2022.

Intersectioneel verhaal

In de geschiedenis van gender in kleding, dus het onderscheid in meisjes- en jongenskleding, dames- en herenkleding, werkte religie vaak versterkend. Want eh… ‘mannen zijn geen vrouwen, vrouwen zijn geen mannen’. Dat ging als je kijkt naar de christelijke kerk of de islam verder dan de lengte van de rok of de diepte van het decolleté. Kerkvaders hadden vooral veel advies voor vrouwen, zoals matig make-up, weinig kleur, eenvoudige kapsels. Voor alles geen overdaad, want dat zou mannen maar verleiden.

Alok vertelt in de Zoom over ontdekkingsreizigers die van boord stapten en schrokken van blote borsten. Onder het mom van ‘beschaving’ legden ze hun normen op aan de oorspronkelijke bewoners van Afrika en Amerika.

Nu waren er hier ook verschuivingen. Voorheen was fashion iets van de hoogste klassen, het hof tegenover de burgers. Maar vanaf de 19e eeuw ging genderrepresentatie in kleding een grotere rol spelen dan maatschappelijke positie. Feminisering van fashion, kun je misschien wel stellen. Maar de normen leken alleen maar strenger te worden. In steden in de VS bestonden er van 1848 tot de jaren 70 cross-dressingswetten die het strafbaar maakten om kleren van de andere sekse aan te trekken. Vrouwen die broeken droegen, lag moeilijk, en mannen in dameskleding was helemaal ondenkbaar.

Het is een boeiend verhaal, de geschiedenis van gender in kleding. Dan zie je dat kleur bij herenkleding steeds meer verdween, tot alles zwart, grijs of donkerblauw was. De hoge hakken die tot ongeveer de Franse revolutie bij de mannen aan het Franse hof geliefd waren, de pruiken die te zien zijn op schilderijen uit die tijd, de jurken met crinolines en korsetten. Bijvoorbeeld te zien in kostuumdrama’s naar de boeken van Jane Austen of de Bridgertons.

Over die modegeschiedenis zijn vele boeken geschreven en exposities geweest. Ik wil het hierbij laten, maar kort even over de aandacht nu voor dekoloniseren van mode en kledingindustrie. Want koloniën lijken iets van vroeger, maar ze zijn niet echt weg. Kijk naar de grondstoffen voor kleding en de arbeid aan vervaardiging ervan. Die halen we nog steeds vaak uit derdewereldlanden.

Het is, als je ook ziet welke rol ras, gender en klasse speelt in kledingnormen, duidelijk een intersectioneel verhaal. Je kunt niet het ene aspect van de mode-industrie proberen te veranderen zonder de rest te laten liggen.  

Cross-dressingswetten

Maar het thema van de Zoom-meeting is vandaag vooral dat gendernormen soms heel verstikkend werken en dat we daar afstand van moeten nemen. Alok begint in de Zoom-meeting niet voor niets met de moorden en hate-crimes op transgender en non-binaire personen. Veel mensen accepteren blijkbaar niet dat deze personen gender bevragen en de kleren aantrekken die hun passen.

Hen noemt de Amerikaanse mrs. Noonan (of mrs. Nash), die plots erg ziek werd in 1878 en vertelde dat ze begraven wilde worden in de kleren die ze bij overlijden zou dragen. Toen ze haar lichaam tegen haar wil toch aflegden, trokken haar mede-wasvrouwen haar echter de mannenkleren aan waarvan ze toen ontdekten en vonden dat die bij haar lichaam hoorden. Misgendered en ook nog beschuldigd van verraad na overlijden. Begraven in een koloniale genderideologie.

Dit verhaal is te lezen in een essay van Alok. Hen stelt daarin dat de cross-dressingswetten nooit echt verdwenen zijn. Misschien staan ze niet meer in wetboeken, maar ze zitten nog in ons hoofd. Een reden waarom we mode moeten de-genderen. Het essay, vertaald voor deze interventie van State of Fashion, is hier te vinden.

Dan kun je je met Alok afvragen waarom we alles gegenderd hebben: levensloze voorwerpen, kleuren, texturen, stoffen en silhouetten? ‘Waarom is mode, het terrein van ongekende mogelijkheden, experimenten en eindeloze transformatie, ingezet als wapen om de verdeling van miljarden complexe mensen in slechts twee genders te visualiseren (en te romantiseren)? Welke politieke belangen maken het onderscheid tussen een broek en een rok zo uitgesproken en beladen?’

Dragen wat je wilt

Wat doet dat met trans personen? Hun bestaan werd ontkend. Dat van mrs. Noonan. Van Mary Jones, Jeanne Bonnet, Lucie Hicks. Maar zolang als fashion gegendered is, zijn er mensen die zich hiertegen verzetten. Zoals onze transcestors (onze transvoorouders in een term van Alok) die streden voor zelfbeschikking op hun lichaam en het recht te dragen wat ze wilden.

‘Hedendaagse pogingen om gender in mode los te laten’, schrijft Alok, ‘maken deel uit van een lange traditie: van inheemse gemeenschappen over de hele wereld die zich verzetten tegen de koloniale oplegging van westerse kleding tot de Rational Dress Societies van het Verenigd Koninkrijk, tot de Bloomers, tot de uniseksbeweging van de jaren zeventig, en nog veel meer.’ (De Bloomers, dat is de groep van mensen rondom Virginia Woolf en de androgyne Vita Sackville-West, begin 20e eeuw in Londen.)

Alok staat in die traditie, Harry Styles in een jurk op de cover van de Vogue, net als vernieuwende mode-ontwerpers en ook Chromat, een kledingmerk waarvan oprichter Becca McCharen-Tran in dezelfde Zoom-sessie van State of Fashion zat.

We zijn er nog lang niet, denkt Alok. De beweging om kleding te de-genderen is net begonnen. De opdracht aan de kledingontwerpers van vandaag is dan: zet vraagtekens bij de normen, gooi ze overboord, maak je vrij! Dat is de opdracht voor iedereen die daaraan kan, wil, durft bij te dragen: bevraag je favoriete merken en modebedrijven! ‘Hé, waarom blijven jullie je ontwerpen genderen? Welk doel dient dat?’ Want kleden wij onszelf om ons aan te passen aan het idee van hoe mannen en vrouwen horen te zijn of kleden we uiteindelijk onszelf?

Waarom de Bridgertons

Leestijd: 5 minuten

‘The time has come for the social season’, schrijft Lady Whistledown. En daarmee begint niet alleen een periode van dans en flirt, maar vooral ook het verhaal van Daphne Bridgerton. De serie, over de Bridgertons, een Engelse familie in het Regency-tijdperk (1811–1820), kwam met kerst 2020 op Netflix. Het hele eerste seizoen was toen te zien. En Daphne, een van de acht kinderen, is de ster van dat seizoen. Dat vindt niet alleen Lady Whistledown, maar ook de koningin.

Waar heb je het over, zul je denken. Wie zijn dat, die Bridgertons? Ze komen uit de pen van Julia Quinn. De Amerikaanse schrijfster schreef negen boeken over de Londense familie en hun entourage. De ouders van de kinderen Bridgerton noemden hun vier zoons en vier dochters volgens het alfabet, makkelijk te onthouden. Anthony is de oudste, Daphne de vierde en Hyacinth…, duidelijk niet?

Historicus

Bridgerton doet me denken aan Jane Austen (1775-1817). Met alle aandacht voor het huwelijk als hoogtepunt van het leven, een arranged marriage of, als het toch eens kon, een love marriage. Er is veel aandacht voor alle romantische en amoureuze verwikkelingen, de roddel en competitie om de beste huwelijkskandidaat, de baljurken, kostuums en haardracht, dansen, de sfeer.

Ik heb een podcast gehoord waarin een historicus werd geïnterviewd die adviseerde over de details uit die tijd van George IV (regent voor zijn zieke vader, vandaar de Regency). Hoe zag het eruit en hoe ging het eraan toe in de Londense ‘ton’? Ton verwijst naar stijl en etiquette: le bon ton. Het gaat in de serie ook puur om de high society. Le beau monde, een samenleving waarin de regels behoorlijk strak waren. Vooral vrouwen hadden nauwelijks ruimte. Niet in hun corset en ook niet daarbuiten.

Ze werden zodra ze op huwbare leeftijd waren, zeventien of zo, gepresenteerd op het hof. Daarmee begint ook de eerste aflevering. Daphne gaat met haar moeder op audiëntie bij de koningin. En die ziet het wel zitten met haar. Daphne is, zoals gezegd, de ster van het seizoen. Maar Anthony, die de rol van de afwezige vader op zich neemt, schermt haar af. Niemand is goed genoeg voor haar. De duke, een vriend uit zijn studententijd, nog het minst.

Het draait dan helemaal om de bals. Want ongeveer alleen daar, tijdens het dansen, kunnen vrouwen een huwelijkskandidaat leren kennen. Maar meer dan twee keer dansen met dezelfde man betekent dat de roddels losbarsten. De hele ‘ton’ kijkt immers mee. Hoe zie je eruit in je baljurk, hoe zijn je danspassen, hoe onhandig sta je op iemands tenen, hoe deugdzaam ben je eigenlijk en hoe close met je danspartners?

Lady Whistledown

Uitermate boeiend hoe Daphne en Simon, de Duke of Hastings, om elkaar heen draaien. De hoofdlijn, maar er zijn nog allerlei zijlijntjes. Zo is er de familie Featherington, met drie huwbare of bijna huwbare dochters. Let op de jongste, Penelope; Pen voor haar beste vrienden. De Featheringtons hebben ook nog een nichtje, Marina, die zwanger blijkt. Maar waar is de vader? Het schandaal als uitkomt dat ze zwanger is voordat ze aan de man is, zal enorm zijn.

Pas dan op voor Lady Whistledown. Zij pent een roddelblad vol over alle ontwikkelingen in de ton. Ze hoort alles, kent iedereen, weet elk detail. Natuurlijk ook dat van Marina. Maar niemand weet wie Lady Whistledown is.

De uitgelaten stemmen van Gregory en Hyacinth, de twee jongste Bridgertons, doen me soms denken aan The Sound of Music. Of zou het de stem van Julie Andrews (85) zijn? Zij leest de teksten van Lady Whistledown voor. Eloise, een paar jaar jonger dan Daphne en de boekenwurm van de familie, is vastbesloten haar identiteit te ontdekken. Samen met haar vriendin Pen. Een weduwe of iemand van het personeel? Nee, die hebben het zo druk, dat lukt nooit. De modiste dan, de Franse couturière, die alle jurken voor de ladies maakt? We ontdekken het in de laatste aflevering van het seizoen.  

Ariana Grande

We moeten het even hebben over de bijzondere casting, een toppunt van diversiteit. De zwarte acteurs zijn hier te vinden in de top van de society. Of dat historisch wel klopt, is helemaal niet relevant. En, bedenk ik me, als vijfhonderd jaar geleden de slavenhandel niet begonnen was – waarvoor we echt steeds opnieuw excuses moeten maken – had de society er misschien wel zo uitgezien. Met de duke, lady Danbury, queen Charlotte (vrouw van George III) en al die anderen kleurrijke mensen.

Een beeld van de serie. Er zit een strijkje in een hoek. Ze spelen een strijkkwartet, en als je goed luistert, hoor je er een verklassiekt deuntje van Ariana Grande, Billie Eilish of Maroon 5 in. Op de dansvloer zie je hoogopgestoken kapsels en Regency-jurken. De dames en heren draaien om elkaar heen in een quadrille of een cottilion. Ingewikkelde patronen, waarbij je soms je partner uit het oog verliest en je dan plots voor een ander staat.

Maar natuurlijk gaat het daar niet om, of soms wel. De bals vormen de perfecte enscenering en achtergrond voor alle verwikkelingen. Net als het kasteel, Clyvedon, waar Daphne en Simon intrekken. Daphne nog enorm onwetend over wat er van haar verwacht wordt, want wat doet een hertogin, hoe is haar relatie met het personeel in het kasteel en met het volk in het dorp dat bij het landgoed hoort? En ook, wat is seks eigenlijk en hoe maak je kinderen? De kinderen die de duke absoluut niet wil en zij hartstochtelijk wel.

Liefdeshuwelijken

Ik moet niet te veel vertellen; ga kijken, als je wilt. Maar nog één ding. Liefdeshuwelijken, want daar lijkt het bij de Bridgertons om te draaien. En dan niet alleen de periode tot het huwelijk gesloten is, zoals bij Jane Austen, maar vaak ook nog daarna. Hoe gaat het in het huwelijk?

Liefdeshuwelijken waren in de geschiedenis niet altijd vanzelfsprekend. Zelfs in de Regency-tijd bleven sociale status en economische veiligheid van vrouwen een behoorlijk bepalende factor. De moeders – kijk naar lady Featherington – deden alles opdat hun kinderen ‘goed’ trouwden. Als er dan liefde was tussen man en vrouw, was dat mooi meegenomen, maar dat was zelden de doorslaggevende reden. Die liefde tussen man en vrouw zou zich ook na het (gearrangeerde) huwelijk kunnen ontwikkelen.

Stephanie Coontz, een Amerikaanse historica, schreef het essay ‘The Radical Idea of Marrying for Love’. “In de geschiedenis was liefde zelden de belangrijkste reden voor het huwelijk”, stelt ze. Maar dat begon voorzichtig in de knop te komen in de 14e eeuw, bloeide rond 1700 en kreeg vanaf eind 18e eeuw de wind mee.

Voor die tijd dachten mensen blijkbaar anders. Liefde kon je eerder verwachten tussen de man en zijn minnares of de vrouw en haar geliefde, dacht Capellanus. Hij was in de 12de eeuw de auteur van De amore. Niet tussen echtgenoten. Dat kun je geen liefde noemen, vond hij.

In de tijd van Jane Austen en de Bridgertons zitten we in de Romantiek. Dan gaan subjectieve emoties, het spirituele en ook de liefde alle aandacht krijgen. De tijd van Goethe, Delacroix, Turner, Schubert, Wagner. Dan gaan, waarschijnlijk ook omdat de noodzaak van erfenissen en bruidsschatten minder wordt, de overwegingen voor partnerkeuze kantelen. Mensen kunnen immers makkelijker een baan vinden en salaris krijgen.

Een spannende tijd. Die periode en ook de wachttijd tot het volgende Bridgerton-seizoen. Als Daphne en de duke een zijlijntje vormen en we een van de andere Bridgertons kunnen volgen op het liefdespad.